Madagaskar en zijn geitjes
De Citroën 2CV en de Renault R4: van deze ooit zo populaire Franse wagens rijden er vandaag nog altijd duizenden exemplaren rond op Madagaskar. De meeste van die oldtimers werden geïmporteerd in de jaren 60, 70 en 80. Tijdens onze rondreis konden we tientallen van deze auto’tjes gadeslaan.
Het “lelijke eendje” en de R4 zijn dezer dagen zowat nationaal erfgoed geworden op Madagaskar. In de hoofdstad Antananarivo zweren veel taxichauffeurs bij de oude Franse werkpaardjes. Bovendien zijn de 2CV en de R4 zuinig en gemakkelijk te herstellen.
Dat laatste is niet onbelangrijk, want de wisselstukken worden alsmaar schaarser en duurder. Omdat de auto’s zo eenvoudig in elkaar steken, is het voor een goede vakman een koud kunstje om zelf wisselstukken te maken.
Door hun hoge ophanging zijn zowel de 2CV als de R4 uitermate geschikt voor de Malagassische wegen, die over het algemeen bijzonder slecht onderhouden zijn, en dus niet bepaald gemakkelijk berijdbaar. Allemaal goed en wel, toch kozen wij voor een vierwiel aangedreven jeep om risco’s te vermijden!